De herfst is het seizoen van de nostalgie en dus ook hét moment om eindelijk mijn vakantiefoto’s te delen. Deze zomer reden we door Ierland op zoek naar de beste views, mooie wandelroutes en plekjes in de zon. Bleek dat er geen lelijke plek in Ierland te bespeuren was en ik plan nog duizend vakanties door te brengen op het Emerald Isle.
We waren uiteindelijk een veel te korte tien dagen in Ierland. Eerst brachten we 24 uur door in Dublin om dan met de auto naar het platteland te trekken. Eerste halte was the Rock of Cashel.
Rock of Cashel

Cork
Cork is de tweede grootste stad van de Republic of Ireland en ik ging er verkeerdelijk van uit dat dit de plaats zou zijn waar ik een dolfijn zou spotten. De stad bleek achteraf gezien niet aan de zee te liggen, maar dat was het enige minpuntje. Cork is de stad waar ik zou gaan wonen als ik naar Ierland zou migreren. Het is rustig én levendig én ze hebben er de lekkerste deep fried squid (echt waar, ga langs bij Quinlan’s). We hebben er een namiddag flink gestrolld, koffie gedronken, Saint Finbarr’s Fathedral bewonderd en ouderwets boodschappen gedaan in de English Market. Oh, en alle huizen zijn er in pastelkleurtjes geschilderd. Het moment voor een goeie selfie!

Doneraile park

Airbnb nr. 1 lag in het dorpje Doneraile, dat op zich niet speciaal is, behalve dat het grootste deel van het dorp wordt ingenomen door het prachtige Doneraile Wildlife Park. We wilden na ons bezoek aan Cork nog even onze benen strekken in de zon. Tot bleek dat het park goed was voor 166 hectare. We hebben ze niet allemaal gezien, maar er waren hertjes, brugjes en één van mijn favoriete vogels: de ijsvogel (heb ik allemaal te danken aan een Tiny-boek). Het eindigde met een gigantische peloeze die zich uitrolde tot bij een villa die Pemberley geen oneer aandeed.
Lough Graney lag halfweg tussen Airbnb nr. 1 en 2 en was dus perfect voor een namiddagwandeling. Het meer en de heuvels er rond deden ons heel erg denken aan het Lake District in Engeland, waar we vorig jaar op vakantie waren. We wandelden er door bos, langs velden en er waren van die stenen muurtjes waardoor ik mij toch een beetje in All Creatures Great and Small waan. Heerlijk dus. Ierland staat dankzij de overvloedige regenval ook vol met wilde bloemen. Ik kon ze niet meenemen naar huis dus ik heb er gewoon heel veel foto’s van genomen.
Lough Corrib

Connemara National Park

Connemara is je misschien vooral bekend van die Franse hit op trouwfeesten, maar vanaf vandaag niet meer. Het is een uitgestrekt gebied in het westen van Ierland met bergen, grasland en veel veen. Dat klinkt weinig spectaculair, maar als je bovenaan Diamond Hill staat, met de wind in je haar, de roestbruine berg onder je en een zicht op de Atlantische oceaan, dan weet je het wel. En er zijn van die houten plankjes om op te wandelen. Altijd cool.
Galway

Opnieuw hitmateriaal, dankzij Ed Sheeran. Galway was de derde en laatste stad die we bezochten op reis en misschien wel de stad die ik achteraf gezien zou overslaan. Door het Galway International Arts Festival ging het er nogal toeristisch aan toe en ik heb er opnieuw dolfijn noch zeehond gespot. Wel heerlijk ontbeten in Ard Bia en de universiteit van Galway was een oase van rust en klimop.
Cliffs of Moher

De Cliffs of Moher zijn één van dé toeristische attracties in Ierland. De kliffen strekken zich 10 kilometer uit langs de Atlantische oceaan. Gelukkig had de lieve mevrouw van Airbnb nr. 3 ons aangeraden om vanaf de uiterste rand naar het midden te wandelen en terug. Zo kan je het mooiste deel van de kliffen in alle rust bekijken, want eens je dichter bij het Visitor Centre komt, dikt de massa aan en begin je Amerikanen te zien die op slippers de kliffen willen bewandelen voor ze terug op de bus richting Dublin stappen. Ondanks de drukte zijn de kliffen wel écht de moeite waard. Het is de plaats waar de woeste, Atlantische wind op het land beukt, met zware erosie als gevolg. Of je nu wolken of zon hebt – wij hadden allebei – het is een zicht dat je niet wil missen.
Gelukkig zagen we vanuit onze cabin op ieder moment van de dag ook de zee liggen. En als het donker was, bleef je de golven en de wind horen.
The Burren National Park
Ik had soms het gevoel dat we tijdens die tien dagen in minstens vijf verschillende landen op reis waren. Het landschap in The Burren National Park verschilt zo erg van Connemara en de kliffen van Moher dan we evengoed honderden kilometers verder konden zijn. Het landschap bestaan uit steen, struikgewas, bloemen (natuurlijk) en water. Er stond tijdens onze wandeling een hevige wind en je kon de regen al van ver zien komen.
Phoenix Park

Terugkeren naar Dublin betekende terugkeren naar huis en daar had ik eigenlijk bitter weinig zin in. Om toch iets van onze laatste dag te maken, na heerlijke lemon poppy seed pancakes bij Dodi in Lahinch, bezochten we net buiten Dublin nog Phoenix Park. Het park is bijna 7 vierkante kilometer groot en er zitten een hoop herten. Ik maakte me een beetje zorgen of we ze wel zouden vinden, maar we passeerden de kudde die gewoon naast de weg stond te grazen op weg naar de parking. Best indrukwekkend om te zien en ze waren ook helemaal niet schuw.
Ik was eigenlijk van plan om een post vol foto’s met een beetje tekst te maken, maar waar het hart van vol is, loopt de mond van over. Deze blogpost is dus iets langer uitgevallen dan voorzien, maar als je geen zin hebt om alles te lezen, boek dan gewoon een ticket richting Ierland en ga het zelf allemaal bekijken. Je zal niet teleurgesteld zijn!
📸 door Jasper Vanhauwaert en mezelf